Het treinstation in Dhaka. Onze trein was te laat, wel 2 en een half uur en vanaf het moment dat we onze tassen neerzette tot het moment dat de trein eindelijk kwam heeft er een groep van 20 tot 30 mensen om ons heen gestaan. Sommigen spraken goed Engels, anderen alleen Bengali. We kregen cha, gepofte rijst, een make-over (lipstick en een paars randje rond mijn lippen), nagellak (linkerhand paars, rechterhand oranje), we kregen ongevraagd advies (de amerikaan): Stop Smoking. En we kregen eindeloos veel vragen: waar komen jullie vandaan, zijn jullie getrouwd (ja natuurlijk!), is het 'love-marriage"?, Wat is je beroep? Hoe komt het dat je vrouw een beter beroep heeft dan jij?
We kregen telefoonnummers en paan en betelnut (dat is dat spul waar mensen op kauwen, je krijgt er een rode mond van), ik kreeg bloemen in mijn haar en er werd voor ons gezongen. Maar bovenal werd er gewoon naar ons gekeken, naar ons gestaard, om ons gelachen, werden we uitgelachen en werden continu gefotografeerd en gefilmd.
En zo gaat het nu al dagen hier in Bangladesh. Het is er arm en onze neuzen zijn geirriteerd van de luchtvervuiling. Hier geen prettig toeristen-pad. Geen bananen-pancakes of hangmatten. Geen leuke cafe's met bier en Bob Marley. Dit is reizen en met handen en voeten duidelijk maken wat je wilt. Maar er zijn altijd mensen die ons helpen. Die ons een lift geven naar het busstation of met ons meelopen. Die vertalen of ons eten bestellen. En alles met een buitengewone interesse in wie we zijn en waar we vandaan komen. En ze zijn apetrots om de mooie kanten van dit land te laten zien. Want het is echt ontzettend arm, maar iedereen is trots op Bangladesh, en trots dat wij hier zijn om hun land te bekijken en te bewonderen.
Liefs Marike
Mooi lieve Marike, ik zie het zo voor me. liefs x
ReplyDelete